Lyanne was ook opgestaan en keek zoekend om zich heen. Toen pakte ze een groot
boek en kwam resoluut op hem af.
"Je moet voorlezen," commandeerde ze, terwijl ze hem het boek in zijn handen
duwde en naast hem op de bank klom.
"Voorlezen, alsjeblieft," zei ze nog een keer om haar bedoelingen te onderstrepen.
Ze lachte vleiend tegen Martijn. Hij kon niet anders dan de aantekeningen opzij
leggen en het kleurige boek openslaan. Zij wees hem waar hij moest beginnen.
Martijn aarzelde even toen hij de rare tekst overzag.
"Voorlezen!" klonk het naast hem.
"'Rare stekelkoppige langharige knurft!' riep het varkentje terwijl hij gauw
het hekje dichttrok. 'Vadsige rode krulstaart speklap!' gilde het bokje terug
en hij gooide een grote kluit modder over de omheining.'"
Martijn voelde zich lichtelijk gegeneerd, maar Lyanne vond het prachtig.
"Harder!" moedigde ze hem aan.
Mayanda kwam weer binnen. "Ik weet niet of dat boek opvoedkundig verantwoord
is, hoor. Ze mag in de bibliotheek altijd zelf wat uitzoeken. Ik wist ook niet
dat er zoiets bestond voor peuters."
"Het is fraai. Vroeger werd ik groot gebracht met 'O mijn lieve mamaatje, zeg
het niet tegen papaatje...'"
"'Ik zal zoet naar school toe gaan...' Kom daar nog eens om tegenwoordig!"
"... en de boemetjes laten slaan," vulde Lyanne spontaan aan.
Allen lachten. "Je hoort het, ze kent dat soort liedjes wel. We hebben een heel
stel van dat soort bandjes."
"Sedees!" verbeterde Lyanne met een uitgestreken smoeltje.
"Eigenwijs portret!" repliceerde Mayanda terwijl ze haar dochtertje stevig in
haar nek kietelde. Lyanne gierde het uit van plezier. "Overigens doet dit soort
taalgebruik me denken aan van die Zenmeesters. Zo van: 'I saw the Grand Canyon
flying to New York'."
"Pardon?!"
"Dat stond in een psychologieboek als voorbeeld van onzinnig taalgebruik. Maar
het is wel het enige dat me is bijgebleven. Zulke gedachtensprongen kunnen verhelderend
werken."
"Voorlezen!" riep Lyanne. "Hij voorlezen!"
"Jij schrijft trouwens ook knap direct," zei Martijn tegen Mayanda toen hij
het boekje had uitgelezen en het meisje naar haar poppenhoek was gehuppeld.
"Zo wil ik zijn. Maar ik wed dat je alleen op je eigen optreden hebt gelet.
Neem het stapeltje maar mee naar huis. Dan hoor ik wel wat je van de rest vindt,
tot waar je me kunt volgen."
"Dat zal ik doen."